Georges Baum werd op 6 November 1934 geboren in Antwerpen. Op jonge leeftijd verhuisde hij met zijn vader Mikulas Baum en zijn moeder Jolan Fried naar Rotterdam. Hij had ook nog een zusje genaamd Elviere die op 25 juli 1938 is geboren. Zijn ouders kwamen van oorsprong uit Hongarije en Tsjecho-Slowakije.

Eenmaal aangekomen in Rotterdam kocht het gezin een horlgerie van Delmonte. Ze moesten voor dit pand twaalfduizendgulden betalen, wat voor deze tijd heel erg veel geld was. Het gezin trok in boven de winkel. Tijdens de periode dat het gezin hier woonde raakte George gewond hij probeerde om op een rijdende vrachtwagen te springen en brak daarbij zijn knie.

Rotterdam wordt gebombardeerd door de Nazi’s op 14 mei 1940. Bij dit bombardement wordt het huis en de winkel van de familie Baum op de Hooftstraat vernietigd. Ze openen een tijdelijke winkel op de Nieuwe binnenweg 412 in Rotterdam. Ze gaan daar ook wonen. In 1942 wordt echter door de Duitsers bepaald dat alle joden met eigen zaken deze moeten overdragen aan Duitsers. Hierdoor moet de familie Baum noodgedwongen de winkel opgeven.

Mikulas Baum heeft al door wat er met hen zou kunnen gebeuren en besluit om te vluchten naar Engeland. Daar komt hij echter nooit aan. Hij wordt verraden door de chauffeur die hem naar de Simonshaven zou brengen. Een man die het verhaal na kon vertellen heette: Josef Ludvík Fischer. Hij was de enige overlevende van de groep Engeland vaarders. De vader van Georges werd opgepakt omdat hij probeerde te vluchten en werd op 19 Augustus 1942 doodgeschoten door de Nazi’s

Na de dood van zijn vader duikt zijn moeder onder bij een verzetsgroep in Den Haag. De kinderen worden in een kinderhuis genaamd de viersprong in Driebergen achtergelaten , dit huis werd beheerd door Suus Dermout en Mien Deenik.. Ze verblijven hier onder een valse identiteit. De moeder van de kinderen dacht dat dit een veiligere plek voor de kinderen zou moeten zijn. Dit bleek helaas niet zo te zijn. Op 6 januari 1944 werden er 15 kinderen opgepakt door de Nazi’s en via Amsterdam naar kamp Westerbork vervoerd. Georges en Elviere waren hierbij. Elviere kwam al snel te overlijden aan Tbc op 22 januari 1944. Georges Baum zit met andere kinderen in een barak met weeskinderen. Hij gaat op 8 februari 1944 op transport naar Auschwitz. Daar wordt hij direct bij aankomst vermoord.

De moeder van Georges overleeft de oorlog wel. Ze probeerde tijdens de oorlog nog tevergeefs haar kinderen in Westerbork op te zoeken. Ze wordt tegen gehouden door de mensen bij wie ze op dat moment onderduikt. Zij overleeft als enige van het gezin de oorlog. Ze trouwt na de oorlog opnieuw en krijgt weer kinderen. Ze heeft waarschijnlijk net na de oorlog nog geprobeerd om met Georges in contact te komen

Leon van Egmond, Dalton Lyceum Barendrecht, VWO 5